Kennisbank Effectief topografie oefenen? Zo doe je dat!
“Maar juf, ik kan toch ook gewoon Google Maps gebruiken?”, reageert Max als zijn leerkracht vraagt hoe groot de afstand tussen Maastricht en Amsterdam ongeveer is. Zijn klasgenoten knikken instemmend.
Max heeft natuurlijk een punt. Toch blijft topografie oefenen een belangrijk onderdeel van het curriculum. Hedderik van Rijn, hoogleraar Cognitive Science en Neuroscience aan de Rijksuniversiteit Groningen én wetenschappelijk directeur van MemoryLab (het bedrijf achter SlimStampen), legt uit hoe dat zit.
In de nieuwe conceptkerndoelen Mens en Maatschappij neemt topografische kennis een belangrijke plek in. En dat is niet voor niets. Als je topografie oefent, ga je de wereld beter begrijpen. Je ziet verbanden tussen bepaalde plaatsen, hun ligging en hun geschiedenis. Maar voordat een kind die verbanden kan leggen, moet het over de bouwstenen beschikken die dat mogelijk maken.
“De ouderwetse stippen op de kaart, zoals we die uit de topografieles kennen, zijn die bouwstenen”, trapt Van Rijn af. “Vergelijk het maar met de Duitse taal: zonder een goede woordenschat kun je geen Duitse gedichten begrijpen. Hetzelfde geldt voor topografie. Natuurlijk is het leuk als een kind weet dat Lelystad zijn naam te danken heeft aan ingenieur Cornelis Lely, de drooglegger van de Zuiderzee. Maar als datzelfde kind geen idee heeft waar het Lelystad moet plaatsen op de kaart, ontbreekt simpelweg de basis. En dan blijft al die andere kennis ook niet hangen.”
Net als Max vragen veel ouders en kinderen zich af waarom je in deze tijd van moderne technologie nog topografie moet leren op de basisschool. Daar is Van Rijn heel duidelijk over: “Die online kaarten zijn natuurlijk een geweldig hulpmiddel in het dagelijks leven. Maar je hebt nu eenmaal topografische kennis nodig om het journaal en de wereld om je heen te begrijpen. Als in het journaal gesproken wordt over een overstroming in Zuid-Limburg, is het wel handig dat je weet dat de Maas door die regio stroomt.”
En daar blijft het wat Van Rijn betreft niet bij. “Het doel van topografie leren is niet alleen stippen op de kaart herkennen. Het gaat er vooral om dat kinderen, door het leren van een land- of wereldkaart, de handvatten krijgen om zelfstandige leerders te worden. Ze leren vaardigheden die ze ook op andere momenten kunnen inzetten. Want als je goed plaatsnamen kunt leren, lukken die Franse woordjes of de botten van het menselijk lichaam ook.”
Helemaal vanzelf gaat dat proces richting zelfstandig leerderschap niet. Van Rijn legt uit: “Of je topografie nu digitaal of op papier aanbiedt, leerlingen hebben de steun van hun leerkracht nodig om te begrijpen hoe ze het leerproces aan moeten pakken.”
“Leg ze uit dat topografie leren hetzelfde werkt als voetballen: je kunt het niet allemaal in één keer goed doen. En zelfs áls je tijdens je eerste training scoort, wil dat nog niet zeggen dat je dat in de wedstrijd ook kan. Je moet heel vaak oefenen om er zeker van te zijn dat je in een lastigere situatie tot hetzelfde resultaat komt. Dus ook al weet een kind in les 1 waar Kampen en Harderwijk liggen, dan nog zal het die kennis een paar keer moeten herhalen. Pas dan verhuizen deze plaatsnamen naar het langetermijngeheugen. Het is belangrijk dat kinderen dit weten.”
Uit de laatste peilingsresultaten van de Inspectie van het Onderwijs blijkt dat binnen het leergebied Mens en Maatschappij topografie een van de moeilijkste onderdelen is voor leerlingen in groep 8. De gemiddelde leerling beheerst slechts 21 tot 30% van de topografieopgaven.
Ten opzichte van 2008 is sprake van een lichte daling van de topografische kennis van Nederland en Europa, terwijl 86% van de leerkrachten regelmatig aandacht besteedt aan dit onderdeel.
Hieruit blijkt het belang van goede ondersteuning bij topografieonderwijs. Veel leerlingen scoren goed op topotoetsen. Toch blijft de opgedane kennis vooral hangen als deze regelmatig opnieuw aangeboden wordt.
Leerkrachten kunnen volgens Van Rijn ook op andere manieren bijdragen aan succesvol topografie leren:
Bovenstaande tips zijn leuk, maar ook lastig uitvoerbaar. Van Rijn: “Hoe graag ze ook willen, leerkrachten hebben echt niet altijd tijd om kinderen op deze gepersonaliseerde manier te overhoren. Daarom heeft MemoryLab een handige tool ontwikkeld die dit van ze kan overnemen: SlimStampen.”
SlimStampen wordt al tien jaar succesvol ingezet in het voortgezet onderwijs. Ook binnen het basisonderwijs heeft het inmiddels zijn intrede gedaan. Het programma doet wat een betrokken leerkracht ook zou doen: de moeilijke plaatsnamen nog eens herhalen, nét voordat ze uit het geheugen verdwenen zijn.
Van Rijn: “Het algoritme van SlimStampen past zich aan aan de reactiesnelheid van de leerling. Als een kind er lang over doet om tot een antwoord te komen, pikt het programma dit op. Op basis daarvan bepaalt SlimStampen welke plaatsnamen het op welk moment moet herhalen. Dit lijkt misschien te simpel om waar te zijn. Maar juist in die simpele formule zit de kracht. Bovendien is wetenschappelijk bewezen dat deze aanpak werkt.”
“Met een programma als SlimStampen krijgt iedere leerling bovendien toegang tot de persoonlijke ondersteuning die het leren van topografie effectiever maakt. Dat bevordert kansengelijkheid. Normaal gesproken staat een kind met 3-0 achter als zijn ouders continu aan het werk zijn om rond te komen. Met SlimStampen heeft ook dit kind toegang tot gepersonaliseerde overhoringen”, voegt Van Rijn toe.
Al met al blijft topografie oefenen een essentiële vaardigheid, zelfs in het digitale tijdperk. Want hoewel Google Maps ons de weg wijst in het dagelijks leven, blijft topografische kennis onmisbaar om de wereld echt te begrijpen. En met de juiste ondersteuning kan ieder kind uitgroeien tot een zelfstandige leerder die verder kijkt dan de stippen op de kaart.
Wil je dat jouw leerlingen een uitstekende topografische kennis ontwikkelen? Dan is De Junior Bosatlas het perfecte uitgangspunt.
Belangrijk onderdeel van De Junior Bosatlas is de TopoTrainer. Met de TopoTrainer leren leerlingen online topografie op hun eigen niveau, afgestemd op de didactiek van Mijn eigen Bosatlas. Daarvoor gebruiken ze de overzichtelijke en kwalitatieve kaarten van de Junior Bosatlas.
Daarnaast maakt de TopoTrainer gebruik van het SlimStampen-algoritme. Het berekent voor elke individuele leerling de beste leerstrategie om topografie onder de knie te krijgen.
Ben je leerkracht in het basisonderwijs en wil je niets missen? We informeren en inspireren je graag met onze e-mailnieuwsbrieven. Laat ons weten waarover je op de hoogte gehouden wilt worden!